In de trimsalon

Het trimmen van honden is tegenwoordig geen luxe meer. Door de grote verscheidenheid in ras en vacht, is het vaak simpelweg een noodzaak. Indien de vacht niet wordt verzorgd kunnen problemen als klitten, vervilting en verstikking van de huid ontstaan.
Het is daarom raadzaam om uw hond zelf goed te verzorgen d.m.v. kammen, borstelen, vlo- en teekvrij houden en hem daarnaast, periodiek professioneel te laten behandelen. Hoe vaak uw hond naar de trimsalon gaat, is afhankelijk van het ras en het soort vacht. Er bestaan verschillende technieken om een vacht gezond te houden.

Technieken:

Plukken/Strippen:
Met de hand de bovenste laag dode haren verwijderen. Waarbij plukken drastischer is dan strippen en daardoor wat minder vaak hoeft te gebeuren. (bv bij ruwharige Teckel, ruwharige Jack Russel terriër, Cairn Terriër, Hollandse Smoushond)

Effileren/Uitdunnen:
Met de effileerschaar uitdunnen en opknippen van de vacht om een mooi en natuurlijk resultaat te verkrijgen. (bv bij Spaniel, Setter, Retriever)

Knippen:
Met een rechte schaar de vacht inkorten en in model brengen. (bv bij Poedel, Bichon Frisé)

Ontwollen:
Met diverse borstels en kammen verwijderen van de dode ondervacht om verstikking van de huid te voorkomen. (bv bij Keeshond, Schotse Collie)

Scheren:
Met de tondeuse de vacht inkorten tot de gewenste lengte waarna deze d.m.v. de diverse kniptechnieken bijgewerkt wordt. (bv bij Boomer-hondjes)